maandag 31 december 2012

Het marine-smulverhalenboek (1979)

Wie heeft hem niet in de boekenkast staan: "Het marine-smulverhalenboek" (1979) van Jos Schrijnemakers, met als ondertitel: "met 63 recepten op zeebenen". Staat ie bij jou ook tussen Happy Days with the naked chef en de zilveren lepel? Nee? Oh...

Zoals iedere kookliefhebber heb ik meer kookboeken dan strikt nodig, maar ik blijf er van genieten. Inderdaad: een stevige rij Jamies siert mijn boekenkast, en ook wat cheffen zoals Gordon Ramsay, Marco Pierre White en Jean Luc Novelli. Erg blij ben ik met mijn bijbels, zoals de Silver Spoon, Escoffier en Artusi en ook de TV-koks ontbreken niet: Nigella, Antonio Carluccio, Giorgio Locatelli. Maar mijn collectie bevat ook een aantal minder gangbare boeken. Het marine-smulverhalenboek heb ik gekregen van mijn papa, een gepensioneerde marineman. Dit boek zul je niet snel treffen op de top tien van een selexyz en ik zal er ook niet dagelijks uit koken, maar vermakelijk is het wel!

Grappige namen
Gortschaften (ontbijten),mogen-wij-zwijgen (stamppot van gehakt, aardappelen en kropsla), raasdonders (grauwe erwten met spek, vet en wat aardappels), hutspotsoep (no comment), kruidvatsoep (soep van tomaten, ui, rijst en sambal), dieptebommen (vleeschkroketten), hors de manoeuvre (soort huzarensalade), namokken (desserts), watergruwel (soort gortpap met kaneel en bessensap), oorlammen (borrelen): Culinair is het niet echt hoogstaand: veel rijst, bonen en/of aardappels met spek, vet, vet spek en spekvet, afgewisseld met gedroogde visjes. De restjes worden de volgende dag in een stamppot verwerkt, de derde dag in een soep en dag vier uitgesmeerd op broodjes uit de oven. Gelukkig maken de namen veel goed. Samen met de zwart-wit foto's geven ze een leuk beeld van de eetgewoontes van de marine in die tijd. Eén recept vond ik, ondanks het taalgebruik, erg van deze tijd: ansjovisbroodjes.

Ansjovisbroodjes
Ook de jantjes hadden blijkbaar al door hoe lekker ansjovis is! De schrijver citeert uit een 'Kookles voor Matrozen':
"Snijd brood in vormen en rooster deze of bak ze met wat boter aan weerskanten bruin. 
Wrijf eenige ansjovissen door een paardenharen zeef en vermeng deze purée met boter en wat ansjovisnat tot men de vereischte dikte en smaak heeft. 
Besmeer de broodjes met dit mengsel, zóó, dat er een hoogte gevormd wordt en garneer ze verder met reepjes ansjovis, fijngehakte peterselie, fijngehakt eiwit en kappertjes."

Wat me opvalt in dit recept was dat er alleen gebruik wordt gemaakt van de witten van het ei. En het eigeel dan? In die tijd wist men vast niet dat eigeel cholesterol verhogend is. En al wisten ze dat, dan hadden die zeebonken dat toch zeker geen probleem gevonden. Waarom dan niet ook het eigeel gebruiken? Misschien is het wel andersom: was er een gerecht waar alleen de eidooiers in gaan en men in ene met allemaal eiwit overbleef en toen dit gerecht bedacht...

Het tweede opvallende vind ik de fijngehakte peterselie. Dit klinkt namelijk wel als verse peterselie en het zou mij verbazen als in het kombuis van een fregat een flinke verzameling potjes verse kruiden zouden staan. Maar goed, bij mij thuis wel en ik moet toegeven: dat zorgt wel voor een frisse noot aan deze ietwat zoutige hap.

Ikzelf zou het bovenliggende ansjovisje voortaan eraf laten: er zit al voldoende ansjovis in de boter en het eet wat makkelijker. En in het kader van dat laatste is het ook een idee om de fijngehakte eiwitten en kappertjes  met wat mayonaise te mengen. Dan de verse peterselie er op, misschien nog wat verse zwarte peper en je hebt een heerlijk vier uur snackje. Voor bij de oorlam, of zo!

Links:






vrijdag 28 december 2012

Endorfine-boter

In roomboter zit endorfine! Kijk eens naar de gezichten van mensen wanneer ze iets met roomboter eten. Het eerste hapje van een croissantje met zo'n krulletje roomboter, poffertjes met een flinke klont en poedersuiker, een stokbroodje besmeerd met roomboter en belegd met paté; de ogen gaan omhoog, dan sluiten de oogleden, je hoort een lichte zucht en dan een langgerekt "mmmmmmmmmmmmm.....".

Vier soorten boter in één keer
Roomboter in zijn pure vorm is al een heerlijkheid. Maar je kunt ook boter met extra ingrediënten maken.  (Ik vermijd zeer zorgvuldig de term smaakjesboter). Het is heel praktisch om er meteen een aantal te maken, je bent toch bezig. Meng de boter met de ingrediënten, vorm de boter met behulp van bakpapier in rolletjes, laat ze een uur opstijven in de koelkast, snijd ze dan in plakjes en bewaar ze in de diepvries. Zo tover je een hoop stukken vlees, vis en groente om in endorfinevoedsel! Vanaf linksboven met de klok mee: ansjovisboter, mosterdboter, citroenboter en rozemarijnboter. 



Ansjovisboter
You either love it or hate it. Ik snap dat wel (een beetje) want de smaak van ansjovis is intens, zeer intens! Ansjovis is (net zoals rijpe tomaten, sambal trassi, gedroogde paddenstoelen en zeewier) een product waar heel veel umami-smaak aan zit. Wie nu voor het eerst deze Japans klinkende naam hoort: Umami is de vijfde smaak, naast zoet, zuur, zout en bitter. Denk bij umami aan een prettige bouillon of vlezige smaak met een langdurige, ietwat filmige nasmaak op de tong waarbij er vaak wat extra speeksel vrij komt. Slurp! De uitdrukking "het water loopt me in de mond" is uitstekend toepasbaar op umami. Het leuke is nu dat als ansjovisboter smelt, dit helemaal niet zo'n vissige smaakt heeft! Ik gebruik deze boter dan ook het liefst op rundvlees en lam. Prak 5 ansjovisjes fijn met met 100 gram boter voor een flink aantal shots umami op je vlees.  Een stuk rib-eye of een lamscarrée uit de oven en dan een plakje umami boter! Mjammie!

Mosterdboter
De smaak van mosterdboter hangt met name af van de ... uhhh... mosterd. Ik ben zelf niet zo thuis in de mosterd en kom niet veel verder dan Dijon mosterd, Zaanse mosterd en Groninger mosterd, maar volgens mij kun je van alle mosterd wel mosterdboter maken. Meng 1 eetlepel met 100 gram boter of zoveel meer mosterd als je zelf lekker vind, maar ik vind dan de mosterdsmaak overheersen. Heerlijk voor op kip, krieltjes, speklapjes en gekookte groente als sperzieboontjes en tuinbonen.

Citroenboter
Rasp 1 citroen per 100 gram boter en voeg een half theelepeltje zeezout toe. Deze boter is natúúrlijk heerlijk op zo'n beetje alle vis, schaal en schelpdieren. (Daag me uit: noem één vis waar het niet lekker bij zou zijn...). Maar ook een stukje gebraden kip of gegrilde groente zoals courgettes, groene asperges en venkel wordt nóg lekkerder met een plakje citroenboter. En de slimmerd die ook eens sinaasappelboter, limoenboter en grapefruitboter uitprobeert heeft natuurlijk groot gelijk!

Rozemarijnboter
Rozemarijnboter is natuurlijk eigenlijk een hele eenzijdige kruidenboter, maar wel erg lekker hoor! Normaal gaat rozemarijn bij mij samen met olijfolie, dus de combinatie met boter was wel even wennen. Maar ik ben om: rozemarijn+boter=cool! Natuurlijk kun je ook tijm, salie, oregano, peterselie of bieslook nemen (of een combinatie van), je zou zelfs knoflook kunnen toevoegen en vooruit! nog wat zwarte peper en zout. Maar de mijne was dus gewoon puur rozemarijn. Hak alleen de naaldjes (niet de steeltjes, die zijn niet lekker) zeer fijn en meng een eetlepel hiervan met 100 gram boter. Deze boter gaat bijzonder goed met zowat alle geroosterde, gegrilde of gebraden stukken van het varken, maar ook als finishing touch op gekookte mosselen!

Gezond of ongezond
Voor wie zich zorgen maakt of roomboter erg vet en daarmee ongezond zou zijn, die kan eens googlen op roomboter versus margarine. Wat daar iedere keer naar voren komt: ja, roomboter is vet maar bevat -in tegenstelling tot margarine- geen transvetten. Wat dat zijn, hoe goed/slecht ze zijn, waarom ze eerst heel veel in margarine zaten kun je allemaal lezen op de site van het voedingcentrum (zie ook onderstaande link). Ik beroep me met name op roomboterfan Nigella Lawson (en haar looks op haar 51ste) en op een aangepaste uitspraak van Petje Pietamientje: "Google zegt dat roomboter goed voor me is, omdat er geen transvetten in zitten. Stom, hè? Ik vind het gewoon lekker!"

Links:

zaterdag 22 december 2012

Il dolce "Rocca di Cantucci"

Vandaag deel drie van het vierluik #kokenuitdekast: il dolce "Rocca di Cantucci". Ik moet eerlijk zijn; ik ben niet zo van de toetjes. Traditioneel zorg ik er voor dat mijn gasten na het hoofdgerecht gewoon vol zitten. Een lekker straf bakkie espresso en dan weer verder met de wijn. Maar voor een aantal desserts maak ik graag een uitzondering. Vers fruit met sorbetijs bijvoorbeeld. En dingen met chocolade. Maar dan wel met koffie erbij. Want chocolade en koffie; da's een killer van een combi.

Rocca di Cantucci betekent zoveel als rots van cantucci en geeft prima aan hoe deze lekkernij er uit ziet: rommelig, ruw en grof. De basis wordt gevormd door de cantuccini, de chocolade geeft warmte en zoet genieten aan deze knabbel. De espresso bonen tenslotte geven er letterlijk bite aan. En als je nu denkt: ga je dan echt zo maar kauwen op espresso bonen, dat kan toch niet, toch? Ja wel!

Cantuccini
De heerlijke amandelkoekjes uit Toscane... Ik schreef er al eerder over in de betoverende blauwe zak van Antonio Mattei. En natuurlijk had ik ook een #kokenuitdekast dessert kunnen doen van een schaaltje cantuccini en een fles Vin Santo. Maar ja, ik houd van:

Chocolade
Ik houd van chocolade, jazeker, ik ben net een wijf!!! Er bestaan zeer waarschijnlijk chocoladerepen die sjieker, puurderder en een stuk duurder zijn, maar ik vind de repen van Tony Chocolonely super! Wie het verhaal van Tony Chocolonely niet kent (of beter gezegd: de missie van Teun van de Keuken), moet maar eens gaan kijken op www.tonychocolonely.com. Ik heb eigenlijk altijd wel een reep in huis liggen. Wel kies ik dan voor de repen van 180 gram. Voor degene die dat wat klein vinden: Tony is ook verkrijgbaar in plakjes van 1 kg! Wel even op de kleur letten. In het kader van "deze chocolade is anders dan de anderen" staat blauw voor puur en rood voor melk. Het is maar dat je het weet.

Espressobonen
Tja, hier heb ik niet een hele duidelijke mening over. Ikzelf heb altijd Kimbo bonen in huis. Kimbo is verkrijgbaar bij Jumbo in half pond verpakkingen. Wel zo praktisch als je geen espressomachine hebt maar toch dit gerecht zo af en toe wilt maken. Maar als je altijd al Illy drinkt, of Lucaffe, of Mauro of wat dan ook: fine with me. Wat ook kan: een senseo-pad open knippen. Maar dan moet je wel een ontzettende hekel hebben aan je gasten...

Recept
Neem een bakje ter grootte van een botervloot en schik hier een vel bakpapier in. Hoeft niet helemaal netjes, hoor. Vul het bakje met cantuccini en schep hier twee eetlepels espresso bonen op. Schud een beetje heen en weer. Waar het om gaat is dat de espresso bonen een beetje verspreid zijn over de cantuccini. 

Breng ongeveer een halve liter water aan de kook in een steelpannetje en zet het vuur laag. Plaats een schaaltje of diep bord op het steelpannetje. Let er op dat de onderkant het water niet raakt. Breek de reep pure chocolade (180 gram) in brokjes en laat deze langzaam smelten in het schaaltje. Als alle chocolade is gesmolten giet je de warme chocolade over de cantuccini. Laat dit alles op het aanrecht een half uur afkoelen en daarna nog twee uur in de koelkast. Stort de inhoud dan op een snijplank, verwijder het bakpapier, pak  een loei van een koksmes en snijd die donkerbruine bonk in grove stukken. Serveren met espresso, natuurlijk. Succes bij de vrouwtjes verzekerd!

Links:
Tony Chocolonely
- Kimbo espresso


Het vier gangenmenu van #kokenuitdekast:
1) antipasto: Ciappe con funghi misti
2) primo: Spaghetti alla puttanesca
3) secondo: Salsiccia con cannellini
4) dolce: Rocca di Cantucci

dinsdag 18 december 2012

Paddo's op een schoenzool

Vandaag deel twee van het vierluik #kokenuitdekast: de antipasto "Ciappe con funghi misti". Als je de eerste gang van een Italiaans viergangmenu uit de kast moet trekken, kun je natuurlijk gaan voor allerlei groenten sott'olio en dus letterlijk een potje opentrekken en op een schaaltje kieperen, maar dat is zelfs voor deze reeks iets te gemakkelijk. Nee, we gaan aan de slag met gedroogde paddenstoelen.

Natuurlijk wordt in dit gerecht gedroogde paddenstoelen gebruikt. We koken immers uit het kastje, toch? Maar er is nog een tweede reden waarom gedroogde funghi zo fijn zijn. In tegenstelling tot heel, heel veel ingrediënten  wordt de smaak van de meeste paddenstoelen alleen maar intenser door ze te drogen. In dit gerecht gebruik ik vier soorten, simpelweg omdat ik die in huis heb: oesterzwammen, shiitake, trompette de la mort en de befaamde porcini!

Even weken
Gedroogde paddenstoelen moet je voor gebruik even weken. Hoe veel vocht, wat voor vocht, hoe lang, daar verschillen de meningen nogal over. Ik zou zeggen, hou het praktisch: gewoon een scheutje koud water en dan vind ik twintig minuutjes wel genoeg. Niet weggooien dat vocht! Even zeven en apart zetten. De paddo's moet je daarna wel goed droog deppen met keukenpapier, maar dan zijn ze ready to rumble!

Schoenzool
Natuurlijk gaan we die bakken, die lekkere herfstjongens, maar ze moeten ook nog ergens op. En vandaag zijn dat de crackers uit Liguria: Ciappe. Dit woord zou met 'platte steen' of 'dakpan' moeten worden vertaald, maar toen ik ze voor het eerst zag, dacht ik eerder aan een schoenzooltje. Niet zo flatteus en gelukkig heeft ciappe hier qua smaak of geur niets mee van doen. Ciappe wordt gemaakt van bloem, olijfolie, zout en wat water en levert een heerlijk knapperig crackertje op. Deze lekkere bodem voor ons voorafje kun je tegenwoordig zelfs bij Appie kopen.

We gaan bijna beginnen, maar ik wil nog één potje uit de kast trekken: Cippoline con Aceto Balsamico! Gevonden op www.1001smaken.nl en wat is dat lekker zeg! Kleine uitjes ingelegd in dat goddelijke sap uit Modena. Dat gaat zo dadelijk het grote verschil maken, let maar op.

Recept
Leg op elk bord een ciappe. Verhit wat olijfolie in een pan en bak hierin de geweekte paddenstoelen (15 gram per persoon) twee á drie minuten op hoog vuur. Mocht je een kruidentuintje hebben, bak dan wat rozemarijn, tijm of salie mee! Voeg dan per persoon twee eetlepels paddenstoelenvocht toe en laat voor een groot deel verdampen. Er moet een soort saus ontstaan, geen soep. Breng de paddenstoelen op smaak met verse zwarte peper en grof zeezout en schep op de ciappe. Top af met een stuk of drie gehalveerde uitjes. Vergeet niet een op hout gelegen Chardonnay uit de (koel)kast te trekken.

Links:
- paddenstoelen kopen
- cippoline con aceto balsamico
- met paddenstoelen koken
- andere conserven als antipasti
- zelf ciappe maken (in het Engels)


Het vier gangenmenu van #kokenuitdekast:
1) antipasto: Ciappe con funghi misti
2) primo: Spaghetti alla puttanesca
3) secondo: Salsiccia con cannellini
4) dolce: Rocca di Cantucci

maandag 17 december 2012

Langzaam gegaard buikspek



Langzaam gegaard buikspek met borlottibonen en wilde spinazie... Dan voel je toch de wind door je huis gieren en hoor je toch bijna het knisperen van de sneeuw onder je laarzen? Ik weet niet hoe het KNMI er over denkt, maar als ik dit eet, dan is de winter gewoon begonnen, hoor. 

Buikspek klinkt natuurlijk wel een beetje vet, en dat is  het ook gewoon. Maar dat heeft zo z'n voordelen. Ten eerste: het is geen duur stuk dus je kunt met het grootste gemak de supermarkt links laten liggen en bij een goede slager langs gaan voor kwaliteitsvlees. Liever inferieure stukken topvlees dan topstukken van inferieur vlees, nietwaar? Daarnaast is de kans dat je het vlees te lang bakt en een droog stuk leer krijgt is bijzonder laag. Echt, een half uurtje of uurtje langer maakt niets uit. Moet je eens proberen met een biefstuk! Derde voordeel tenslotte is dat vet gelijk staat aan smaak. Daar waar "mooiere" stukken vlees, zoals kipfilet, een prettig mondgevoel  hebben, geeft vet mij pas echt gevoel dat ik vlees proef. En daar is het me uiteindelijk toch om te doen.

Bonen
Ik heb het gevoel dat lang niet iedereen van bonen houdt. Bartje "ik bid niet veur brune bon'n!" was er ook al niet dol op en ik zie maar weinig recepten met bonen. Maar ik vind peulvruchten juist geweldig. Fagioli borlotti, cannellini, lenticchie: allemaal top! De zachte, bijna romige structuur van peulvruchten, op smaak gebracht met peper en zout en eventueel wat verse kruiden is op zich al smullen. Maar peulvruchten laten zich ook uitstekend combineren met wat sterker smakend vlees zoals lam, geit, rib-eye. Of, zoals in dit gerecht, met varken.

Pop-eye
En dan het laatste deel van dit gerecht. Snelgebakken wilde spinazie met knoflook en citroensap. De ietwat bittere smaak van de spinazie, de zachte tint van de knoflook, het zuurtje van de citroen en dat alles opgehaald met grof zout; het is gewoonweg geweldig. En wat een ongelooflijk verschil met die groene touwtjes van vroeger (sorry, mama) die alleen met veel boter en hardgekookte eieren waren weg te werken.

Ingrediënten:

  • 1 kg buikspek
  • 1/2 eetlepel venkelzaad
  • 1/2 eetlepel rode peperbessen
  • 1 kruidnagel
  • 2 eetlepels honing
  • 250 gram borlottibonen
  • 1 laurierblad 
  • 4 tomaten
  • 2 grote handen wilde spinazie
  • 1 teentje knoflook
  • 1 citroen

Bereiding:
Week de bonen in ruim water. Ik doe dat eigenlijk altijd een dag van tevoren  maar een paar uur is ook okay. En zelfs zonder weken lukt het best wel. In alle gevallen: Zet de bonen met ruim water op het vuur en breng aan de kook. Zet dan het vuur laag, voeg geen zout toe (daar worden de velletjes bitter van) maar wel het laurierblad, en laat de bonen langzaam koken. Ik zou wel een tijd kunnen melden, een uurtje of twee, maar mijn ervaring is dat de ene lichting bonen veel langer nodig heeft dan de ander. Gewoon tussendoor proeven dus.

Dan het vlees: Verwarm de over voor op 200 graden. Stamp het venkelzaad, rode peperbessen en het kruidnageltje  fijn in een vijzel (of gebruik een deegroller, of de achterkant van een steelpan of een hamer; verzin maar een list), kerf het vlees in en wrijf het kruidenmengsel goed in het vlees. Smeer dan het vlees in met de honing en wat olijfolie, kruid met peper en zout en zet dan in de oven. Zet na 15 minuten de temperatuur op 130 graden. Het vlees is dan na zo'n vier uur wel klaar. Maar na vijf uur ook. En als je het vlees toevallig zes uur laat staan op deze temperatuur: ook nog geen man overboord. Haal uit de oven en begin met de laatste stap. Of laat afkoelen, zet in de koelkast en heb de volgende avond een makkie. Dat doe ik meestal.

Waarschijnlijk de volgende dag...
Zet de oven op 130 graden. Snijd het buikspek in dikke plakken, leg het in een ovenschaal en plaats deze  in de oven. Na twintig is het vlees weer heerlijk warm. Verwarm de bonen in een pannetje, breng nu op smaak met zout en peper en wat olijfolie. Snijd de tomaten in grove stukken en schep dit door de bonen.

To zover het langzame gedeelte. Nu is het even gas geven, maar we zijn dan ook bijna klaar. Was de wilde spinazie en verwijder de hele dikke stelen. Die zijn niet zo lekker. Verwarm een wok of hapjespan en roerbak de knoflook en spinazie in nog geen minuutje. Breng op smaak met wat citroensap en grof zout. Schep de bonen in een diep bord, leg hier enkele plakken vlees op en schik de spinazie er naast.

Zo, en nu weer rustig aan doen. Kaarsje aan, glaasje wijn, beetje muziek en laat het buiten maar sneeuwen. Binnen is het genieten!

woensdag 5 december 2012

Omdraaien, trutjes

Eén van de twee zusjes Stéphanie en Caroline Tatin zat even niet op te letten en deed alleen de appels en de karamel in de pan. Pas na een kwartiertje bedacht ze dat ze het deeg vergeten was. Merde! Snel alsnog een deegje erover heen en weer terug in de oven. Maar ja, zo kon je de taart natuurlijk niet aansnijden. Dus wat deden die Franse moppies? Hop! Hop! Hop! Omdraaien die hap!

Pannetje
De reden om het over deze klassieker te hebben is het bezoek van mijn tweewekelijkse pannenkoekenvriend Coen. Hij had een nieuwe pan gekocht, een prachtige Mauviel M'cook tarte tatin vorm. Nou ben ik dol op pannen, zeker op specialistische pannen. Alleen stond ik toch een beetje raar te kijken naar deze, tja, deze hondenvoerderbak. Ik bedoel, de pan ziet er toch niet uit als een pan? Gewoon een flinke schep Frolic er in, water erbij en Bello kan z'n gang gaan.

Recept
Maar goed, we hadden de pannenkoeken al op en daar zaten we met die bak. Gelukkig had ik nog wat appels, suiker en boter dus we konden het maar net zo goed gaan proberen. Okay, pannetje op laag vuur, 150 gram roomboter erbij met enkele scheppen suiker. Langzaam een beetje karameliseren, vier geschilde appeltjes in partjes erbij en dan in een voorverwarmde oven van 180 graden. Pfoei,  dat valt niet mee zonder steel aan die pan, dat blijft een beetje behelpen. Na vijftien minuten even er uit halen en voorzien van een uitgerold lapje bladerdeeg. Wel even enkele gaatjes er in prikken zodat ie kan ontluchten. Daarna gaat de taart weer terug voor nog zo'n twintig minuten. Even vijf minuutjes af laten koelen en dan mag het: omdraaien die hap! Resultaat: een heerlijk op-z'n-kop-appeltaartje met goddelijk druipende karamelsaus.

Conclusie
Allereerst: Natuurlijk zijn de twee zusjes geen trutjes! Maar ik vond het wel een leuke sequel op een vorig blogje van me...
Dan over de pan. Ik moet eerlijk zijn: de pan is zeker geen hondenvoerderbak: er staat namelijk geen naam op de zijkant en bovendien doet ie het daarvoor veel te goed! Wel vind ik het een hoop centen, 5995 centen om precies te zijn, voor iets waarin je twee keer per jaar een taart in bakt. Maar als je al een goeie koekenpan hebt (of drie) en ook een hapjespan, wok, wadjan, gietijzeren stoofpan (in drie maten), grillplaat, rijststomer (twee), rookoven, steelpannetjes (vier), aspergepan, wildpan (zo'n grote), een paellapan (of drie) en je hebt ook een poffertjes pan, ja, dan zeg ik: kopen die pan!

Links:
- www.tartetatin.org die bestaat dus gewoon!
- De mauviel tarte tatin pan, te kook bij Oldenhof